Muziek houdt de herinnering levendig. Bijna iedereen kent wel nummers die hem of haar herinneren aan een bepaalde gebeurtenis. Ik ben daarop geen uitzondering en krijg met enige regelmaat het kippenvel op mijn armen als ik een bepaald stuk hoor.
In oktober 1998 liep de spanning tussen de NAVO en de Servische leider Milosevic steeds verder op en halverwege die maand dreigde er een oorlog uit te breken tussen het Servisch/Montenegrijnse leger enerzijds en de NAVO-strijdkrachten anderzijds.
De opbouw van de luchtvloot van het Atlantisch bondgenootschap vorderde gestaag en samen met fotograaf Olaf Colijn moest ik mij op een ochtend in oktober om 7.00 uur melden op de vliegbasis Leeuwarden. Voor onbepaalde tijd zouden hij en ik bij het 322 Squadron van de Koninklijke Luchtmacht te gast zijn om verslag te doen van de voorbereidingen op en misschien wel van de luchtoorlog zelf. We zouden die dag samen met het merendeel van het personeel van de eenheid afreizen naar de Italiaanse vliegbasis Villafranca, onder de rook van Verona.
Wat er allemaal zou gebeuren wisten we niet. Immers, de Joegoslavische luchtmacht was dan weliswaar niet de modernste van de wereld; ze waren wel in het bezit van allerhande moderne verdedigingsmiddelen en vliegtuigen. Hoelang we in Italië zouden blijven, was ook niet bekend. Als het zover kwam kon het wel eens lang gaan duren.
Op Villafranca deed iedereen zijn werk, met in zijn of haar achterhoofd dat het een paar honderd mijl verderop wel eens heel erg mis kon gaan. En bij elk vertrek van de vliegtuigen, bestond de mogelijkheid dat ze niet of maar gedeeltelijk zouden terugkomen. Daarom keek ik elke morgen hoe de F-16’s van het Friese squadron naar het begin van de startbaan taxieden, de wapentechnici de veiligheidspinnen uit de bommen trokken en de kisten vervolgens bulderend vertrokken. Meestal zakte ik dan na vertrek neer op een stapel pallets naast een van de hangaars en warmde mij in het oktoberzonnetje.
Op een dag vertrokken de F-16’s weer, met full afterburner en de wapens op scherp richting de luchtoorlog boven het voormalige Joegoslavië. Terwijl het gebulder van de motoren langzaam verminderde, klonk vanuit de hangaar waarin de monteurs werkten De Kast met Nije dei. Het hoge en ijle Aaaah, haaa, haaa van het achtergrondkoor, pal nadat de gitaar hartverscheurend het thema heeft herhaald, staat in mijn geheugen gegrift. En elke keer weer als ik het nummer hoor, krijg ik kippenvel en ben ik weer even op die vliegbasis in Italië.